Op alle fronten is onder invloed van de crisis en de nieuwe technologie sprake van een veranderende rol voor de overheid. Binnen die trend betekent het voor Amsterdam een nieuwe visie te ontwikkelen op de stedelijke ontwikkeling. Hoe kan er met de hoeveelheid informatie in wisselwerking met de burger antwoorden geformuleerd worden op het gebruik van de openbare ruimte, de drukte en de bedrijvigheid? Hiervoor was ik uitgenodigd om mee te denken.
Allereerst werden er twee presentaties gegeven, waarvan één het digitale platform ‘Hallo IJburg’ was. Een initiatief door en voor bewoners om elkaar beter te informeren over alle diverse activiteiten binnen IJburg. Daarop volgde een presentatie over hoe je alle informatie over de stad beschikbaar kon stellen om daarmee o.a. bouwprojecten sneller door beslisfases te loodsen. Moeilijk, maar misschien ook wel vanzelfsprekend, was het duiden van de sociale en maatschappelijke impact die deze technologie teweeg kan brengen. En dan met name over het effect op de rol van de overheid in wisselwerking tot de burger.
In de daaropvolgende workshops analyseerden en benoemden we trends en ontwikkelingen. Van de Airbnb en de ‘Tiny house movement’ die de woningmarkt gaat beïnvloeden, tot de zelfrijdende auto die het delen van vervoer kan stimuleren. Al brainstormend spitste het gesprek zich echter steeds meer toe op de eigen rol van de overheid. Want hoe mooi ook een visie, het gaat vooral ook om de uitvoering. Is het nieuwe gebiedsgerichte werken nu een beter antwoord op de ontwikkeling of –zoals sommige zeiden- ‘oude wijn in nieuwe zakken’?
Zelf denk ik dat er naast deze nieuwe organisatievorm, vooral ook een cultuurverandering moet plaatsvinden. De overheid moet zich niet langer afvragen wanneer en in welke mate ze invloed van burgers toestaat, maar vooral wat zij kan doen om initiatieven uit de maatschappij zo goed mogelijk te stimuleren, te steunen en te faciliteren. Om effectief te zijn zal deze cultuuromslag in de gehele organisatie moeten plaatsvinden. Een open houding, goed luisteren en durven loslaten zijn daarbij essentiële vaardigheden. Wanneer er dan een rol voor de overheid is weggelegd zal dit in veel gevallen een regisserende zijn, waarbij ze als verbinder, netwerker, facilitator en procesbegeleider acteert.